Neurofilosofie – Churchland

Patricia Churchland (1943) geeft ons een andere kijk op (ab)normaliteit dan vaak wordt gedaan binnen de filosofie. Ze kijkt niet alleen vanuit de filosofie naar ons gedrag of alleen vanuit de wetenschap. Churchland voegt de filosofie samen met de hersenwetenschap neurologie; de neurofilosofie. Ze benadrukt het belang van de samenwerking tussen de filosofie en de neurologie bij het denken over ons gedrag en het brein.


Allereerst wil Churchland van het idee af dat we naast ons brein ook nog een geest zouden hebben die daarvan losstaat. Er is niets magisch of bovennatuurlijks aan ons brein, ons denken en ons gedrag. We weten misschien nog niet alles van het brein, maar dat maakt het niet magisch. Zonder diep op ons brein in te gaan kun je stellen dat elk brein specifieke gebieden kent met eigen structuren, verbindingen en chemische processen.


Wat heeft dit met (ab)normaliteit te maken?

Volgens Churchland bepalen de structuren en de chemische processen in je brein je gedrag. Elk zoogdier, dus ook de mens, heeft het nodig om opgevoegd, aangeraakt, verzorgd en lief gehad te worden. Dit noemt Churchland stimuli uit de omgeving. Wanneer deze factoren in voldoende mate aanwezig zijn (geweest), dan zal een brein zich optimaal kunnen ontwikkelen. Dat betekent dat het brein continu in ontwikkeling is, nieuwe verbindingen maakt en chemische processen op gang brengt.


Waanzin

Wat wij abnormaal noemen, is volgens Churchland ook terug te vinden in het brein. Abnormaal gedrag kan volgens Churchland aangewezen worden in het brein. Het brein van een gokverslaafd persoon ziet er anders uit dan het brein van iemand die niet gokverslaafd is. Oftewel abnormaliteit is in het brein te zien. Niet alleen abnormaal gedrag begint in je brein, maar al het gedrag heeft zijn oorsprong in het brein. Waanzin is in het brein aan te wijzen.


Reductionisme

Churchland hangt hier het reductionisme aan. Dat houdt in dat de mens, inclusief de geest, te herleiden is naar slechts biologische processen. Daar is niets magisch aan. We zijn slechts biologische processen. Ook voor geestelijke gezondheid zijn deze biologische processen van belang. Elke normaliteit en elke afwijking daarvan heeft een bijhorende biologische proces.


Psychologie

Hoe wordt normaliteit bepaalt? Wanneer kun je spreken van een afwijking? Volgens Churchland is dat een vraag bij uitstek voor de psychologen. Dat zijn mensen die zich bezig houden met menselijk gedrag. Zij bestuderen gedrag en kunnen hier een betekenis aan geven. En één van de mogelijke betekenissen is ‘normaal’ en een andere betekenis is ‘abnormaal’.