De filosoof die het oneens was met Sartre, was Michel Foucault (1926 – 1984). Hij zei dat de mens absoluut niet vrij is. Of beter gezegd: wij denken dat we vrij zijn; maar eigenlijk worden we beïnvloed door machten van buitenaf. Van échte verantwoordelijkheid en vrijheid is dus alleen maar op een neppe manier sprake!
Foucault had een onderzoek gedaan naar hoe macht werkt in gevangenissen. En op basis van die machtsrelaties daar, realiseerde hij zich dat het in de echte wereld, buiten de gevangenis, eigenlijk net zo werkt. Specifiek keek Foucault naar de werking van disciplinering in een gevangenis met een panopticon. Hoe werkte dat precies?
Een panopticon (van het Griekse pan = alles + optes = ziend, allesziend) is een gevangenisbouwwerk waarbij alle gevangeniscellen in een cirkel staan opgesteld. Iedere gevangene kijkt naar de binnenkant van de cirkel. Er zitten muren tussen de cellen, dus de gevangenen kunnen elkaar niet zien. In het midden van de cirkel staat een grote uitkijktoren, met ramen aan alle kanten van de toren. In die toren zit de gevangenisbewaker, die alle gevangenen tegelijk in de gaten houdt. De gevangenen hebben dus constant het gevoel dat ze gezien worden.
In sommige variaties op het panopticon zijn de ramen van de toren geblindeerd van één kant. In dat geval kunnen de gevangenen de bewaker dus niet zien, maar de bewaker de gevangenen wel. De gevangenen weten dus nooit wanneer ze bekeken worden en wanneer niet. Maar om het risico op straffen te voorkomen, zie je in dit soort gevangenissen dat gevangenen zich voor de zekerheid maar goed gaan gedragen, ook al weten ze niet zeker of ze in de gaten worden gehouden. Dit effect van goed gedrag onder dreiging van straf heet disciplinering, wat eigenlijk een mooi woord is voor het ‘kweken van gehoorzaamheid’. In deze variant op het panopticon hoeft er dus niet eens een bewaker in de toren te zitten om het gewenste effect te bereiken. De macht in dit systeem ligt niet bij die ene bewaker die al dan niet in de toren zit, maar hij het hele systeem.
Foucault stelde zich voor dat zo’n gevangene, die heel lang in een panopticon vast had gezeten, op een dag weer vrij kwam in de buitenwereld. Van deze gevangene kon Foucault zich goed voorstellen dat hij nog steeds zijn gedrag zou aanpassen aan een mogelijke blik van iemand die hem in de gaten kan houden, ook al is dat niet meer zo. Dat is bewijs dat hij is gedisciplineerd.
Foucault trok de conclusie dat dit machtseffect niet alleen in zo’n gevangenissysteem voorkomt, maar ook bij ons zelf in het alledaagse, moderne leven; op school, op werk, en op straat. Van alle kanten wordt er macht op ons uitgeoefend. Als je door een winkelstraat loopt, zie je, als je even omhoog kijkt, op veel plekken bolvormige camera’s hangen. Van deze beveiligingscamera’s weet je nooit zeker of ze daadwerkelijk aan staan of niet, of dat er iemand meekijkt of niet. Volgens Foucault maakt dat niet eens uit voor het effect om mensen te disciplineren.
Wat je ziet gebeuren is dat mensen zich minder snel durven te misdragen, alleen al omdat de mogelijkheid bestaat dat ze in de gaten gehouden worden. Het effect dat mensen zich maar normaal gaan gedragen, heet normalisering. En zelfs als we alleen zijn, dacht Foucault, zijn we bang dat iemand ons ziet. Ook dan zullen we ons normaal gedragen. Dit heet zelfdisciplinering.
Auteur: Caitlin Ionescu