Gezond Menu

Organisatie

Het Don’t sit, get Fit Menu is een vast onderdeel van het programma. Bedenk een gezond en lekker menu voor 4 personen.

Dit is een wedstrijd! Het lekkerste en gezondste menu gaan jullie ook klaarmaken met een echte kok. Iedere klas benoemt twee klassenwinnaars (tweetallen). Hieruit wordt het mooiste menu gekozen. Deze 2 personen mogen hun menu maken voor hun ouders.

Opdracht
Je weet dat gezond eten helpt om je lijf in conditie te houden. Maar wat heb je daaraan als je niet weet hoe je het moet klaarmaken? Dat is juist wat je nu gaat oefenen: Maak je eigen gezonde Don’t Sit, get Fit menu, passend bij een fit en sportief leven. Je doet de opdracht in tweetallen.

Je gaat de recepten hiervoor helemaal uitwerken, dus je moet ook alle ingrediënten opschrijven die je nodig hebt. En de beschrijving hoe je het moet maken. Doe er een plaatje bij zodat je een indruk krijgt hoe het er uit gaat zien.

Je Don’t sit get Fit gerecht moet natuurlijk lekker smaken! Maar let vooral op de volgende punten:

 

Je menu:

• Is sportief
  Het Menu moet passen bij de sportieve gedachte van Don’t Sit, get Fit (niet te vet, sportief, licht verteerbaar, origineel)
• Bestaat uit 2 gerechten
  Je kookt een hoofdgerecht + voor-/nagerecht voor 4 personen.
• Is niet te ingewikkeld
  Je kunt erg mooie gerechten bedenken, die je niet in een normale keuken kunt bereiden. Maar daar hebben we niets aan! Als je een gezond leven wilt hebben en daarbij dus ook gezond wilt eten, is het handig dat de gerechten eenvoudig te bereiden zijn. Je hebt 1 ½ uur de tijd.
• Is origineel
  Stamppot boerenkool kennen we inmiddels wel. Gegratineerde boerenkool met kwark klinkt alweer een stuk creatiever. Probeer ook eens wat ongebruikelijke combinaties of verrassende bereidingswijzen uit!
• Bevat verse producten
  Het gerecht of menu moet worden samengesteld uit verse ingrediënten. Dit is afhankelijk van de tijd van het jaar: in het voorjaar zijn er andere verse groenten en fruit te koop (asperges, aardbeien, tomaat, paprika of bospeen) dan in het najaar (bieten, bloemkool, sperziebonen, druiven of mandarijnen).
• Bevat streekproducten
  Wees hierin creatief. Per streek heeft ons land een aantal specifieke producten. Vraag het ook even aan je leraar.